“Hospiteren is niet leuk, maar je moet straks wel samen door een deur”

Wéér hospiteren om die felbegeerde studentenkamer te krijgen? Veel kamerzoekende studenten zien er huizenhoog tegenop. Vooral als ze al tig keer afgewezen zijn. Maar ja, wat is het alternatief? SAM vroeg drie HAN-studenten om hun kijk op deze (gevoelige) kwestie.

Landelijk studentenhuisvester SSH is er klaar mee, lieten ze vorige week weten. Overal waar ze nieuwe studentencomplexen bouwen, van Utrecht tot Groningen, gaan de hospiteeravonden in de ban. Om de kansengelijkheid te bevorderen gaat straks de inschrijfduur de doorslag geven.

Dat klinkt sympathiek. Maar is het een goed plan? De drie derdejaarsstudenten Verpleegkunde met wie SAM hierover sprak (foto, v.l.n.r.: Saskia, Mees en Esmee) hebben zo hun bedenkingen.

Saskia: “Je gunt natuurlijk iedereen een gelijke kans. Maar ik woon nu zelf in een heel fijn huis, waarvoor ik ben gekozen. Het is belangrijk om je prettig te voelen bij de mensen met wie je woont. Zonder hospiteren kun je ergens terechtkomen waar je je niet echt chill voelt.”

“Behalve een fijne kamer wil ik toch ook huisgenoten met wie het klikt”

Mees: “Waarom ze van het hospiteren af willen, snap ik wel. Afgewezen worden, dat is altijd rot. Maar anderzijds: behalve een fijne kamer wil ik toch ook fijne huisgenoten. Wie niet? Zet je mensen ‘random’ bij elkaar, zonder te kijken of het klikt, dan kan dat tot ongemakkelijke situaties leiden.
Toch denk ik dat het in sommige gevallen wel goed is om hospiteren niet toe te staan. Om bijvoorbeeld internationale studenten een faire kans te geven. Of studenten die om andere redenen misschien ‘minder goed in de markt liggen’. Anders komen zij nooit aan bod.”

Esmee: “Moeilijk, het heeft echt twee kanten. Discriminatie ligt bij hospiteeravonden al gauw op de loer. Zo van: ‘Die hoeven we niet.’ Maar hospiteren heeft ook voordelen. Ook voor de student die een kamer zoekt. Stel, bewoners willen jou wel erbij, maar je vindt zelf dat er geen goede sfeer hangt of de mensen liggen je gewoon niet. Hospiteren helpt om na te gaan of er van beide kanten een match is.”

Goed, hospiteren heeft, naast gebreken, dus ook goede kanten. Hebben jullie ideeën hoe de kamertoewijzing beter kan?

Mees: “Nou, misschien door hospiteeravonden af te schaffen in de grote complexen, zoals Vossenveld in Nijmegen. Maar niet in de gewone studentenhuizen. Het is nu eenmaal eigen aan de mens om liever met de een dan met de ander op te trekken. Wat win je ermee als je liever niet bij elkaar bent en er, wie weet, een onveilige of ongemakkelijke sfeer ontstaat?”

Esmee: “De enige echte oplossing is: veel meer kamers en huizen. De schaarste wegnemen. Maar ja, hoe lastig is dát.”

Saskia: “Ja, voor studenten die nu dringend een kamer zoeken, is dat helaas geen oplossing. Ik vrees dat er niet echt een goed alternatief is voor hospiteren. Ondanks de nadelen ervan. Je moet straks wel met elkaar door één en dezelfde deur. Dan wil je toch graag van tevoren weten wat je aan elkaar hebt.”

Lees ook op SAM:
Op zoek naar kamers en nieuwe vrienden
SAM op de Campus: hoe lossen we het tekort aan studentenkamers op