HAN-studenten over studentenhuisperikelen (deel 1)

Er is geen ontkomen aan. In een studentenhuis wonen brengt bepaalde ‘dingetjes’ met zich mee. Eten dat uit de koelkast verdwijnt, een schoonmaakrooster waar niemand zich aan houdt, geluidsoverlast of een eeuwig bezette wasmachine. Maar, ook veel lol en saamhorigheid.

In deze korte reeks vertellen HAN-studenten over studentenhuisperikelen. De leuke en minder leuke kanten van het op kamers wonen in een studentenhuis. Alles komt aan bod.

Destiny (20), tweedejaars Logopedie


Woonsituatie: “Samen met acht huisgenoten woon ik in een studentenhuis aan de Sint Annastraat in Nijmegen. Mijn kamer is 11 m2 en ik betaal 397 euro. Met nog 11 euro voor wifi, wasmiddel en wc-papier.”

1. Hoe heb je jouw studentenkamer gevonden?

“Ik kom uit Zuid-Limburg, op een afstand van 2,5 uur rijden. De druk om snel een kamer te vinden was hoog. Op TikTok vroeg een meisje: wie gaat er in Nijmegen wonen? Zo raakte ik in gesprek met een meisje dat ook aan de HAN ging studeren. En over hoe moeilijk het is om een kamer te vinden. Zij appte mij na een tijd: heb je al iets gevonden? Bij ons in huis komt een kamer vrij.”

2. Op een schaal van 1 tot 10, hoe blij ben je met je kamer?

“Een 6,5. Ik woon hier nu twee jaar en door vochtproblemen is er schimmel ontstaan. Ik kan mijn kamer niet goed ventileren. In de winter is het bovendien koud vanwege enkel glas. Ik heb een kacheltje gericht naar de plek met schimmel. Ik heb er contact over met de huisbaas maar er is nog niks op ondernomen.

We hebben ook last van muizen. En voorheen van ratten, daar is de bestrijdingsdienst voor geweest. We proberen alles netjes te houden, maar het is een oud pand met veel gaten en oud en kapot tapijt.

Waarom dan toch nog een 6,5? Vanwege de toplocatie. Ik ben in een mum van tijd op school, in de stad of op mijn werk. En ik heb leuke huisgenoten.”

3. Wat zou je liever anders zien?

“Dat het pand beter onderhouden wordt en de communicatie met de huisbaas soepeler loopt. Ik wil nu bijvoorbeeld doorschuiven naar een andere kamer, maar ik krijg geen reactie. Verder zou een gezamenlijke woonkamer fijn zijn. Nu hebben we alleen een ongezellige kleine keuken om samen te komen. Meestal zitten we in de grootste studentenkamer van het huis.”

4. Hebben jullie een schoonmaakrooster, en houdt iedereen zich hier aan?

“Zeker, en nee, we houden ons er niet allemaal aan. Ikzelf ook niet altijd. Ik woon hier nu twee jaar en sommigen hebben nog nooit één ding gedaan. Dat demotiveert de rest ook. Maar voor ‘studentenhuis’-begrippen is het opgeruimd en schoon. Mede vanwege de muizen. Je vindt hier geen etensresten op de grond of zo.”

5. Wat vind je het leukste aan wonen in een studentenhuis?

“De vrijheid die je hebt om te gaan en staan waar je wilt. En dat je de tijd krijgt om je te ontwikkelen in zelfstandigheid. Een soort rustige landing in het volwassen leven. Ik vind het ook fijn dat er altijd wel iemand is om mee te kletsen of te eten.”

6. En wat irritant?

“Het schoonmaakrooster waar niemand zich aan houdt. Volle prullenbakken die niet geleegd worden en afwas die blijft staan. Dat ik moet wachten om te kunnen douchen of wassen. En haperende wifi omdat iedereen op hetzelfde netwerk zit.”

7. Koken jullie gezamenlijk?

“Soms. Voor de keuken moet je de trap op en af met eten, waardoor we de keuken niet veel gebruiken. We hebben allemaal een eigen koelkastje en een paar huisgenoten hebben een kookpit en oventje op de kamer.”

8. Een gouden tip voor studenten die voor het eerst op kamers gaan?

“Maak een overzicht van je financiële situatie. Wat komt er maandelijks in en wat gaat eruit. Ik heb een schrift waarin ik alles bijhoud, zoals de inkomsten van mijn bijbaan bij de Action. Dat geeft me rust en overzicht.

En voor wie nog een kamer zoekt: probeer het eens via Facebook-groepen met een origineel bericht. Wij organiseren onze hospiteeravonden via Facebook.”

Ben je een HAN-student en wil je meewerken aan deze reeks over studentenhuisperikelen? Stuur dan een mail naar sam@han.nl met je gegevens.