“We willen vluchtelingen het gevoel geven dat ze welkom zijn”

Deel 1 uit een tweeluik: studenten en een docent aan het woord over vluchtelingenhulp

De beelden van buitenslapende gezinnen in Ter Apel zijn inmiddels bekend. Maar er is ook positief nieuws: verschillende HAN-ers doen iets om het leven van vluchtelingen te verbeteren. De een demonstreert, de ander loopt stage en een derde doet vrijwilligerswerk.

Nijmegen, vorige week. Zo’n tweehonderd mensen demonstreren in het centrum tegen het falende en discriminerende asielbeleid. Met bordjes en leuzen: ‘Say it loud, say it clear, refugees are welcome here’.  

“Meelopen, je stem laten horen, is het minste wat je kunt doen. Laten zien dat je het oneens bent met hoe we vluchtelingen behandelen. Kijk naar Ter Apel. Onmenselijk”, vertelt een groepje HAN-studenten. Ayla, vierdejaars Muziektherapie: “Het onderscheid tussen Europese vluchtelingen, die meteen mogen werken, en mensen uit andere delen van de wereld, die niks mogen, is onrechtvaardig.’’
Roel, derdejaars Social Work, wijst op een man die met een Palestijnse vlag zwaait. Palestijnen zijn stateloos en voor statelozen is het extra moeilijk om toegang te krijgen tot Nederland. ”Hij wacht al acht jaar op een verblijfsvergunning. Acht jaar!”

Tweedejaars International Social Work, Manu Venturini, gaat schuil achter een breed spandoek: Stop refugee discrimination, all refugees deserve protection. Vorig jaar liep Manu stage bij de Yalla Foundation, waar ze ook vrijwilligerswerk deed. Door studie en een baantje heeft ze daar nu geen tijd meer voor. De demonstratie is een laagdrempelige manier om toch iets bij te dragen.

Indringende verhalen
Manu: ”Ik heb bij Yalla geleerd dat we veel gemeen hebben, hoeveel we ook verschillen in achtergrond en cultuur.” Yalla Foundation ondersteunt vluchtelingen en organiseert activiteiten om hen in contact te brengen met anderen. Manu hielp bij de organisatie daarvan en wierf studenten voor speeddates. “En voor schrijfbijeenkomsten. Iedereen moest vijf woorden opschrijven die je associeert bij een term, bijvoorbeeld oorlog. Dan ging het papier naar degene rechts van je. Die moest daar weer bij associëren. Uiteindelijk kreeg je jouw papier terug met daarop een heleboel woorden. Hiervan koos je er enkele, waarmee je een gedicht maakte. De bespreking van de gedichten leverde indringende persoonlijke verhalen op en meer begrip voor wat vluchtelingen doormaken.”

Eén verhaal maakte diepe indruk. ”Iedereen huilde.” Een meisje had een gedicht gemaakt over een rillende Afghaanse jongen, zonder familie, in de smokkelaarsboot op zee. Hij had alleen een korte broek en T-shirt. ’s Nachts werd het nóg kouder. Steeds stak hij zijn hand in zijn zak. Daarin bewaarde hij een stukje papier. Manu: “Het meisje wou hem troosten. De jongen zei dat hij het moest volhouden, hij wou dat zijn moeder trots op hem zou zijn.
De Taliban kwamen. Zijn moeder sloeg de jongen, joeg hem weg, om hem te redden. Het stukje papier was van het boek dat zijn moeder las toen de Taliban haar vermoordden. Het was het enige dat hij nog van haar had.”

“Ik begrijp nu beter hoe ingewikkeld het is om een nieuwe taal te leren en om je te redden in een nieuw land”

Eerste kennismaking met Nederlands
“We willen vluchtelingen het gevoel geven dat ze welkom zijn”, zeggen zowel de studenten als HAN-docent Marijn Brouwers. Brouwers geeft sinds dit voorjaar in Nijmegen vrijwillig taalles bij STEP (Steunpunt Taal Educatie Participatie). “De cursisten willen hier iets opbouwen. Het beheersen van taal geeft meer grip op het leven en maakt iemand zelfstandiger. Ik vind het prettig om daaraan met deze lessen iets bij te dragen. Mijn klasje op vrijdag bestaat uit middelhoog opgeleiden, onder wie vluchtelingen. Vaak is het hun eerste kennismaking met het Nederlands en ik vind het bewonderenswaardig hoe zij ermee aan de slag gaan.”

Marijn Brouwers

In het dagelijks leven leert Marijn Brouwers HAN-studenten de fijne kneepjes van wetenschappelijk onderzoek, bij de masteropleiding Physician Assistant. De taalles vraagt heel andere vaardigheden. Haar cursisten komen uit diverse landen, er zijn niveauverschillen. “Differentiëren en aansluiten bij wat iemand kan en kent is best een uitdaging. We werken met een fijne, praktische methode, maar als mensen de taal nog niet kennen, moet je improviseren. Vaak leg ik iets uit met gebaren. Ze pikken het snel op.”

Netwerk
Plezier tijdens de les is ook belangrijk. De cursus is een van de weinige plekken waar de 18-plusssers Nederlands praten. Ze krijgen een netwerk, gaan bijvoorbeeld samen naar de markt. Sommigen gebruiken de taalles als opstapje, oefenen alvast met Nederlands voordat ze aan hun inburgeringstraject beginnen. “Een Oekraïense jongen is gaan studeren. Ik hoop dat ik ze, behalve taal, een positieve ervaring kan meegeven!”

Brouwers ging lesgeven bij STEP omdat ze haar blik wilde verbreden. Ze lacht: “Dat is gelukt, het is mooi en leerzaam om in contact te komen met zoveel verschillende culturen. Ik begrijp nu beter hoe ingewikkeld het is om een nieuwe taal te leren en om je te redden in een nieuw land.”
Haar HAN-studenten krijgen ook te maken met mensen die minder taalvaardig zijn en die hier niet geboren zijn. “Bij het onderwijs aan de HAN kan ik mijn taalleservaringen meenemen.“

Lees deel 2 van dit tweeluik hier.

Alle reacties (0)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *